Irene NG, hoogleraar Marketing & Service Systems aan de University of Warwick, liet deze week via Twitter weten dat haar artikel New Business and Economic Models in the Connected Digital Economy was geaccepteerd door Academia.edu, het sociale netwerk voor de academische wereld. Een meer dan lezenswaardig artikel waarin ze laat zien dat de huidige economische modellen en daarmee de businessmodellen door de toenemende connectiviteit drastisch zullen veranderen. Daar waar we in de huidige modellen nog een duidelijke scheiding hebben tussen producent, product en consument, zullen (mogelijke) continue uitwisseling van gebruikersdata zorgen voor nieuwe modellen. Must read voor iedereen die zich bezig houdt met quantified self, self monitoring en andere vormen van big data.
Wat mij vooral raakte in het artikel was een quote uit een recent interview met Marc Giget, oprichter van L’Institut Européen de Stratégies Créatives et d’Innovation:
No candle-maker has become a bulb manufacturer, no carriage-maker has become a carproducer, and the post office did not invent the email.
Giget doet nog een aantal opmerkelijke uitspraken in het interview. Zo ziet hij de toegankelijkheid van de massa tot nieuwe technologische ontwikkelingen als de belangrijkste innovatie van de laatste 100 jaar. Voor economische groei is doorbraak van innovatie nodig en daarvoor ontkomen we niet aan creatieve destructie, oftewel het durven afscheid te nemen van het oude. Op de vraag wat de belangrijkste landen zijn als het gaat om innovatie dan noemt hij landen als Zweden, Denemarken, Finland, Zwitserland en Duitsland maar niet Nederland. Is Nederland de kaarsenmaker van de 21ste eeuw?
6 reacties
Giget lijkt met oogkleppen te kijken. Geen gedegen historicus, zo komt mij voor. Let op de eerste en tweede wet van Romein, als je voorbeelden zoekt. Wie kent nog Facit? In mijn jeugd wereldleider in kleine rekenmachines? Facit had focus op excellente metalen rekenaars. En verdween razendsnel door de opkomst van de ‘zak-Japanners’.
@Arie: dank voor je reactie! Giget gaat wellicht wat kort door de bocht in zijn artikel. Zo wijst Maarten van Wesel op Twitter me ook op de onjuistheid van zijn quote en noemt een aantal voorbeelden waar organisaties wel de stap van oud naar nieuw hebben kunnen maken zoals Spyker (in 1880 als koetsmaker begonnen), maar ook Vauxhall en Skoda die hun oorsprong ergens anders hadden. Ritzo ten Cate wijst me ook nog op de innovatie bij Philips (die bijv. de stap naar LED hebben gemaakt). Denk ook niet dat we Giget al te letterlijk moeten nemen maar vooral zijn boodschap moeten lezen.
Marc Mangelschots had op Twitter nog een aardige toevoeging:
Sorry Marco, ik wilde nog reageren, maar heb het druk gehad.
Inderdaad de oorspronkelijke Spyker was een koetsmaker (o.a. de Gouden Koets is een Spyker), in 1899 zijn ze begonnen met auto’s. Later zijn ze zelfs nog vliegtuigen gaan bouwen, Maar in 1926 is de sterker er definitief uitgetrokken.
Bedrijven als Vauxhall en Skoda zijn van oorsprong bedrijven van mechanica, pompen, machinegeweren ed. die ook auto’s zijn gaan maken. Dit soort bedrijven hadden eigenlijk, in mijn optiek, een voorsprong op koetsbouwers. Immers het koets gedeelte vraagt kundige ambachtslieden, en die zijn wel te krijgen, het deel onder de motor kap was, zeker in de begin tijd, het complexe gedeelte, dit vroeg innovatieve mensen, die met dit soort nieuwe techniek aan de slag gingen. Ik hoop ergens vernomen, maar weet niet meer waar, dat er autofabrikanten waren die koetsbouwers inhuurde voor de carrosserie (niet voor niets het ‘koetswerk’) maar zelf de mechanische kant verzorgde. Marc Giget had eigenlijk beter kunnen zeggen “no horse breeder has become a carproducer”, want de innovatie van de auto verving vooral het paard en minder de koets, de koest bleef bestaan alleen ‘getrokken’ door een motor.
Wat bij de koets-auto en, mogelijk nog meer, bij de kaars-lamp vooral speelt is het enorme verschil in de vaardigheden die nodig zijn om deze te vervaardigen. Koets en lamp vergen vaardige ambachtslui, auto en lamp kenniswerkers (we hebben het nu over de tijd voordat Henry Ford massaproductie introduceerde in de auto industrie). Ik denk dat dit bij de lamp nog meer speelde dan bij de auto. Een auto kun je nog redelijk reverse engineren, bij een lamp is dat lastiger.
Kortom de overgang van koetsbouwer naar autofabrikant en de overgang van kaarsenmaker naar lampenfabrikant zijn ENORME stappen. Vele malen groter dan de stap van de gloeilamp naar LED lamp.
Er zijn vele bedrijven die succesvol van producten zijn veranderd toen hun oude markt leek te verdwijnen, kromp of om andere redenen niet meer interessant was; Nintendo (1889; speelkaarten), DSM (1902; koolmijnen en kunstmest), HP (1939; electronische meet- en testapperatuur), IBM (1880; telmachines en prikklokken) etc etc
Dank voor je reactie, mooie aanvulling!
Hoe gelukkig en gezond hebben al die vernieuwingen de mens gemaakt?
Ik ben heel blij met internet, mijn auto, mijn digitale camera en mijn vaatwasser – om maar een paar voorbeelden te noemen 😉 Maar ik begrijp je punt. Innovaties voor de komende decennia zullen mi dan ook vooral gericht zijn op andere waarden!