Waarom kennis niet genoeg is

door Marco Derksen op 17 april 2025

Vandaag luisterde ik naar de podcast Nooit meer slapen, waarin Femke van der Laan in gesprek gaat met Paul Verhaeghe, klinisch psycholoog, psychoanalyticus en emeritus hoogleraar aan de Universiteit Gent, over zijn nieuwe boek Wijsheid (2025). In dit boek onderzoekt Verhaeghe hoe we ons, in een wereld die steeds meer leunt op wetenschap en technologie, kunnen verhouden tot de werkelijkheid. Kennis helpt ons die werkelijkheid te verklaren en te beheersen. Maar om richting te geven aan de vraag hoe we willen samenleven, hebben we iets anders nodig: wijsheid.

Wat mij betreft een prachtig interview, dat ik iedereen aanraad om te beluisteren. Voor geïnteresseerden volgt hier alvast een korte samenvatting:

Paul Verhaeghe (Fotografie: Simon Debbaut-L'Ecluse)

Het gesprek opent met een persoonlijke ervaring uit Verhaeghes eerste jaar als biologiestudent. Tijdens een practicum kregen hij en zijn medestudenten te horen wat ze onder de microscoop zouden zien: celkern, protoplasma, mitochondriën. Toen ze zelf mochten kijken en werd gevraagd of ze het zagen, knikten ze allemaal bevestigend. Pas daarna zei de assistent: “Zet nu het licht aan.” Wat ze dachten te zien, bleek grotendeels suggestie. “Dat is de kracht van wat u letterlijk voorgehouden wordt. En dat je dat dan gelooft,” zegt Verhaeghe.

Die anekdote vormt de opmaat voor een fundamentele gedachte: waarneming is geen objectieve registratie, maar wordt gestuurd door verwachting en context. Daarmee sluit hij aan bij de Duitse filosoof Immanuel Kant: “Das Ding an sich bleibt uns völlig unbekannt.” We zien de dingen nooit op zichzelf, maar altijd zoals ze aan ons verschijnen.

Verhaeghe keert zich tegen de overtuiging dat wetenschap absolute waarheden levert. Hij maakt daarbij een onderscheid tussen natuurwetenschappen en menswetenschappen. Waar natuurwetenschappen verklaren, voorspellen en generaliseren, zijn menswetenschappen beschrijvend, contextueel en relationeel. Lange tijd bestond daarover consensus, maar sinds de jaren tachtig zijn de menswetenschappen zich steeds meer gaan spiegelen aan de methodes van de natuurwetenschappen. Onder druk van bewijsdrang, marktwerking en legitimatie werd ‘meten is weten’ ook daar het leidende principe. Verhaeghe noemt dat een vergissing: “ADHD is geen toestand zoals influenza. Het is een sociaal-economisch-psychologisch fenomeen, afhankelijk van de context.”

Ook over klimaatverandering is Verhaeghe helder. De feiten zijn bekend, en 93 procent van de klimaatwetenschappers is het eens over de oorzaak en richting van de verandering. Maar het handelen blijft uit. Niet omdat we het niet weten, maar omdat we niet wíllen weten. Hier volstaat kennis niet. We botsen op morele vragen: wie moet er inleveren? Welke waarden wegen het zwaarst? Wat willen we behouden, en wat durven we los te laten? Dat is geen vraag voor wetenschap, maar voor wijsheid.

Een belangrijk thema in het gesprek is ook de individualisering van de mens. Verhaeghe stelt dat de psychologie deze tendens heeft versterkt door mentale problemen te benaderen als losstaande stoornissen binnen individuen, terwijl veel problematiek juist voortkomt uit sociale omstandigheden. “Identiteit is een constructie,” zegt hij, “iets wat we samen maken en dus ook samen kunnen veranderen.” Hij verwijst naar een succesvolle aanpak in IJsland, waar jongeren niet individueel in therapie werden gestuurd, maar via sport, cultuur en gemeenschap opnieuw verbonden werden. De problemen namen aantoonbaar af.

Opmerkelijk is de rol die Verhaeghe toekent aan kunst en cultuur. In het gesprek en in zijn boek gebruikt hij een beeldhouwwerk van een baby, gemaakt door kunstenaar Sofie Muller, als illustratie van morele vragen rond voortplantingstechnologie. Niet om te veroordelen, maar om aan te zetten tot nadenken. “Met die beelden helpt zij ons die vragen te stellen,” zegt Verhaeghe. Kunst biedt geen antwoorden, maar nodigt uit tot reflectie — en dat is voor hem de kern van wijsheid.

Tegen het einde van het gesprek komt de vraag op tafel hoe we als samenleving richting kunnen geven aan een toekomst die ons steeds sneller lijkt te overkomen. We zitten op een roetsjbaan, zegt Verhaeghe, aangedreven door technologie, groei en systeemdwang — maar zonder helder doel. Hoe komen we dan nog tot gezamenlijke keuzes? Mensen verbinden zich volgens Verhaeghe in de geschiedenis meestal via twee mechanismen: een gedeelde vijand of een gedeeld doel. Bij de klimaatcrisis hebben we een gezamenlijk doel, maar ontbreekt het ons — met alle kennis die we hebben — blijkbaar aan de wijsheid om die te gebruiken voor het maken van de juiste keuzes.

Of zoals Roek Lips het zo mooi verwoordde in zijn bericht over de boekpresentatie deze week in de Singelkerk in Amsterdam:

“We worden overspoeld met kennis, maar lijden aan een schrijnend tekort aan wijsheid.”

Dit is wat mij betreft ook de kernboodschap van het boek en het gesprek: in een tijd van klimaatverandering, sociale ontwrichting en technologische versnelling is kennis niet langer voldoende. We hebben meer wijsheid nodig. Kennis laat ons zien wat er gebeurt — wijsheid vraagt ons wat we daarmee willen doen. Juist die vraag is vandaag urgenter dan ooit.

3 reacties

Ik heb inmiddels het (luister)boek Wijsheid uit. Een prachtig boek — wat minder toegankelijk dan het interview, maar nog steeds meer dan de moeite waard.

In het boek waarschuwt Paul Verhaeghe voor de verleiding om alles — zelfs onze emoties, identiteit en relaties — meetbaar en beheersbaar te maken. AI past naadloos in dat patroon. De belofte van voorspelbaarheid, optimalisatie en perfectie sluit aan bij een cultuur die onzekerheid nauwelijks nog verdraagt. Wanneer Verhaeghe schrijft: “De perfecte partner? Wordt straks aangeleverd door AI, eventueel in een virtuele versie,” houdt hij ons geen toekomstscenario voor, maar een spiegel.

AI is niet het probleem, zegt hij impliciet — het is de manier waarop wij haar inzetten om het ongemak van mens-zijn te neutraliseren. De honger naar controle, efficiëntie en veiligheid leidt tot systemen die precies dát uitsluiten wat wijsheid vergt: ambiguïteit, falen, context, betekenis. In een wereld waarin AI steeds meer beslissingen ondersteunt of overneemt, is het daarom niet meer genoeg om te weten hoe het werkt. We moeten opnieuw durven vragen waarom we het willen, wat het vervangt en wat het verdringt.

Wijsheid, in Verhaeghes opvatting, is geen algoritme. Ze ontstaat in het ongemak, in de twijfel, in de relationele ruimte tussen mensen. Ze is traag, contextueel en niet te automatiseren. Juist daarom is ze nu zo urgent. Niet als tegengeluid tegen technologie, maar als voorwaarde om haar menswaardig te gebruiken. AI stelt ons niet alleen voor ethische dilemma’s — het confronteert ons met de vraag: willen we nog mens zijn, of vooral voorspelbaar?

Verhaeghes pleidooi is daarmee geen technofobie, maar een maatschappelijk kompas. Kennis bouwt systemen. Wijsheid bewaakt de grens tussen mens en model.

Beantwoord

Aan het eind van zijn boek Wijsheid komt Paul Verhaeghe tot eem belangrijke conclusie: we lossen de grote problemen van vandaag niet op met slimme technologie alleen. Zolang we niet eerlijk kijken naar wat er écht aan de hand is — onze manier van denken, onze drang naar steeds meer — blijven we rondjes draaien. Hij schrijft:

“De huidige wereldwijde problematiek kunnen we heel accuraat begrijpen in natuurwetenschappelijke termen van oorzaak en gevolg, zodanig accuraat zelfs dat we de eigenlijke oorzaak uit het oog verliezen: de keuze om in naam van winstmaximalisatie, vermomd onder de term ‘vooruitgang’, de productie en consumptie voortdurend op te drijven, ver voorbij wat nodig is voor een goed leven en bovendien ten koste van een groot deel van de wereldbevolking. Vandaar dat een pleidooi voor technologische oplossingen ernaast zit zolang we de grond van de zaak niet erkennen. Daarmee bedoel ik de ‘moraal’ die aan de basis van deze praktijken ligt, met hogepriesters die de mond vol hebben over groei als noodzaak voor welzijn terwijl het over hebzucht gaat. Dit getuigt niet alleen van domheid, het is bovendien wezenlijk immoreel.”

Beantwoord

Dank je wel voor je samenvatting van het gesprek.
Het verwoordt in heldere taal voor mij heel duidelijk dat menswetenschap tot psychologische kennis leidt.
En dat is een belangrijke ontwikkelingsfase.
Echter , gezien vanuit de Kosmische Wijsheid in mijn Hart verbonden met mijn levenservaring:
het leven voelen en beleven met alle emoties, ups en downs, opent de innerlijke weg waarin kennis, via ervaring, tot wijsheid uitkristalliseert: Het leren zien en herkennen van de diepere Wijsheid die in de gebeurtenissen besloten ligt wijst de weg.
Een nieuwe bewustzijnsruimte, verbonden met keuzekracht en richting geven vanuit Authenticiteit.

Beantwoord

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Laatste blogs

Bekijk alle blogs (1086)
Contact