Vanaf begin maart 2020 leven we in Nederland in een zeer bijzondere situatie. De pandemie van het coronavirus heeft ook in ons land alles en iedereen in zijn greep. En alhoewel een grieppandemie hoog op de lijst stond voor de belangrijkste risico’s van de nationale veiligheid, konden maar weinigen zich een beeld vormen van wat dit in de praktijk zou betekenen voor de samenleving. In korte tijd hebben we met elkaar geleerd hoe complex en onvoorspelbaar die samenleving inmiddels is geworden en dat we zonder digitale technologieën en goede samenwerking de complexe uitdagingen waar we als samenleving voor staan niet meer aan kunnen. De pandemie is daarmee niet alleen exemplarisch voor wat ons mogelijk te wachten staat bij een natuurramp, een terreuraanslag of een grote internethack, het lijkt vooral ook een versneller te zijn van de (digitale) transformatie van de samenleving die al gaande was.
Binnen enkele weken na het uitbreken van de pandemie werd meer dan 80 procent van het onderwijs online gegeven, werden afspraken bij huisartsen en ziekenhuizen online afgehandeld, werden inkopen massaal online gedaan en werkten we versneld aan de uitrol van MS Teams om onze nieuwe manier van werken in een relatief veilige omgeving te kunnen voortzetten. De samenleving digitaliseerde in een ongekend tempo waarbij het vooral de big tech bedrijven als Google, Amazon, Facebook, Apple en Microsoft zijn die daardoor steeds relevanter en machtiger worden. Het zijn commerciële bedrijven die in toenemende mate de vitale infrastructuur van de samenleving lijken te vormen.
De huidige ontwikkelingen veranderen de relatie tussen mens en samenleving. Ze veranderen de manier waarop mensen, bedrijven en organisaties elkaar beïnvloeden via data en connectiviteit en dat verandert ook de ruimtelijke ordening. De verzameling van data in het publieke domein was altijd een taak die primair bij de overheid lag, maar dat is veranderd en steeds minder zichtbaar. Overheidsorganisaties lijken echter vooral bezig te zijn met het optimaliseren van bestaande structuren en processen (digitalisering) en niet met de noodzakelijke verandering of innovatie naar een andere manier van werken en organiseren (digitale transformatie) die nodig is voor de complexe uitdagingen van vandaag en morgen.
Digitale transformatie is de omschakeling van een samenleving waarin de organisatie en processen centraal staan naar een pluriforme samenleving van actoren die in wisselende samenstellingen met elkaar verbindingen aangaan. Digitale transformatie gaat dus niet primair over technologie, maar over de veranderende relatie tussen mens, technologie en omgeving. Dit vraagt om een continue herijking van de rol van de organisatie en haar medewerkers in de netwerksamenleving. Omdat we niet precies weten hoe en wat er gaat veranderen, vereist het een andere mindset op alle niveaus in een organisatie en zullen we moeten werken aan de vaardigheden die nodig zijn om op een nieuwe manier met elkaar samen te werken.
Beeld: Camille Flammarion’s 1888 book L’atmosphère: météorologie populaire