De overgrote meerderheid van de docenten in het voortgezet onderwijs (87%) maakt zich zorgen over de hoeveelheid tijd die hun leerlingen aan sociale media besteden. Van de docenten merkt 92% negatieve gevolgen van het intensieve gebruik van sociale media op de schoolprestaties van de leerlingen. Dat blijkt uit een in november 2017 verricht onderzoek (pdf) naar het gebruik svan ociale media en omgang met smartphones in het voortgezet onderwijs onder 1.318 docenten (praktijkonderwijs, vmbo, havo, vwo). Het kwantitatieve onderzoek is uitgevoerd door DUO Onderwijsonderzoek & Advies, een onafhankelijk onderzoeksbureau (en dus geen relatie met DUO van rijksoverheid!).
Van de docenten merkt 92% dat het sociale mediagebruik van hun leerlingen negatieve gevolgen heeft: vooral afgenomen concentratievermogen (77%) en afgenomen oplettendheid in de les (68%). Verder merkt 55% van de docenten dat het sociale mediagebruik gevolgen heeft voor de schoolprestaties van hun leerlingen: leerlingen zijn snel en vaak afgeleid, kunnen zich minder goed concentreren, hebben minder tijd hebben voor hun huiswerk en hun (rapport)cijfers gaan achteruit. Van de docenten heeft 24% de indruk dat het aantal zittenblijvers op hun school is toegenomen en 22% dat de eindexamenresultaten op hun school zijn verslechterd, mede door het gebruik van sociale media.
De zorgen van de docenten over het sociale mediagebruik van hun leerlingen, zijn (samengevat):
- Het leidt tot sociale en psychische problemen bij leerlingen (fear of missing out/sociale druk, verslaving, online pesten, minder eigenwaarde, minder persoonlijk contact, achteruitgang van sociale vaardigheden).
- De onderwijsprestaties van leerlingen leiden eronder (veel afleiding, snelle afleiding, slechte concentratie, slaaptekort, informatie niet meer goed kunnen verwerken en/of interpreteren).
“Ze slapen te weinig, want ze gaan door tot 2 à 3 uur ’s nachts, ze zijn extreem afgeleid, en iets langere en diepere teksten worden elk jaar schrikbarend veel slechter begrepen. De aandachtspanne krimpt snel en hard. Ook hebben ze steeds grotere moeite om de toon of emotie van een tekst, gesproken of geschreven, in te schatten zonder emoticons. Dit is een generatie aan het worden met weinig parate kennis, weinig onderscheidingsvermogen en ze zijn meer en meer beïnvloedbaar door zowel goede als slechte bronnen.” aldus één van de docenten.
Naast negatieve gevolgen merkt 62% ook positieve gevolgen van het sociale mediagebruik van hun leerlingen, zoals sneller kunnen communiceren, makkelijker informatie kunnen opzoeken en verbetering van digitale vaardigheden. Bijna alle docenten (98%) hebben inmiddels regels (op schoolniveau en/of op docentniveau) mbt het smartphonegebruik van leerlingen.
Regels voor gebruik smartphone
Het gros van de middelbare scholen heeft volgens het onderzoek inmiddels regels ingesteld mbt gebruik van de smartphone in de klas. Twee derde van de docenten geeft aan dat leerlingen alleen tijdens specifieke opdrachten de smartphone mogen gebruiken. Soms mogen ze muziek luisteren. Op andere scholen moeten de telefoons in de tas blijven of bij de docent worden ingeleverd. 1 op de 4 leraren vindt dat ouders een belangrijke rol spelen om het smartphonegebruik van de kinderen in goede banen te leiden. Het gebeurt te vaak dat juist ouders hun kinderen onder schooltijd bellen of appen. Ook vinden leraren dat ouders thuis duidelijke regels moeten instellen, bijvoorbeeld geen mobieltje tijdens het huiswerk maken en slapen.
Eerder deze maand werd bekend dat Franse scholieren vanaf volgend schooljaar niet langer mobiele telefoons meer mogen gebruiken op school. Dat heeft minister van Onderwijs Jean-Michel Blanquer bekendgemaakt, schrijft The Local (via NU.nl).
Juiste balans
Volgens Peter Nikken, hoogleraar Mediaopvoeding aan de Erasmus Universiteit en lector Jeugd en media bij Windesheim, is het belangrijk kinderen te helpen de juiste balans te vinden in het gebruik van smartphones. “Er zijn momenten dat ze prima zonder kunnen. Ze moeten leren dat het soms heus niet erg is als ze niet direct op een bericht in een groepsapp reageren.”
Tegelijkertijd moeten docenten niet vergeten dat hun leerlingen de digitale wereld heel belangrijk vinden. Dat kan ook positief zijn. “Ze gebruiken hun mobieltjes ook om snel over huiswerk te kunnen overleggen en elkaar te kunnen helpen”, aldus Nikken. Nog lang niet alle scholen hebben een idee van hoe ze met de smartphone willen omgaan. Nikken: “Vanuit een gedeelde visie kun je incidenten en problemen veel beter aan, want het blijft belangrijk dat de schoolresultaten goed blijven en kinderen goed kunnen meedoen” (via AD).
Het is goed om kritisch te blijven op het gebruik van media, maar slaan we in Nederland nu niet door naar de andere kant?