In vele opzichten lijken de huidige technologische en maatschappelijke veranderingen op die van de negentiende eeuw. Vanaf ongeveer 1850 ontwikkelt de Westerse wereld zich razendsnel door de opkomst van nieuwe transport- en communicatiemiddelen. ‘Nederland groeide als kool’, schrijft Auke van der Woud in het boek ‘Een nieuwe wereld‘. Het boek beschrijft het ontstaan van het moderne Nederland, een fascinerende studie over de aanleg van deze nieuwe infrastructuur aldus Atte Jongstra destijds in NRC.
Ik werd door Edwin Mijnsbergen gewezen op de column Infobesitas in de 19de eeuw van Eric Sieverts, die op zijn beurt weer verwijst naar dit klassieke werk van Auke van der Woud uit 2007 met o.a. deze prachtige anekdote:
Van der Woud bespreekt ook de 19de eeuwse klachten, dat men voortdurend van het echte werk werd afgeleid, omdat wel vijf of zes keer per dag een postbesteller brieven kwam bezorgen, telkens als weer een volgende trein met post op het station was aangekomen. Zulke klachten klinken ook weer heel vertrouwd. Maar ook wel navrant dat onze postbestelling dezer dagen juist tot 4x per week dreigt te worden ingeperkt. Over een eeuw dus nog maar 4x per week bezorging van onze email – of zelfs helemaal afgeschaft, net als de telegraaf? Maar ook dan zal de infobesitas nog niet over zijn, durf ik wedden.
2 reacties
Fictief, maar ongetwijfeld met een kern van waarheid, verzucht Thomas Cromwell zich aan het eind van Hilary Mantel’s Wolf Hall (en dus rond 1535) al om het feit dat door de opkomst van de boekdrukkunst in West-Europa hij zich nergens meer in rust op kan focussen. Er is gewoon te veel te lezen voor een mens in een leven. Hoe is het nog mogelijk alles te weten? 🙂
In de column infobesitas wordt terecht de vraag gesteld of het perspectief van de dorpsbewoners toen, en de buitenwijk bewoner van nu wel zo veel groter is als dat van een minister van 100 jaar geleden. Ik kan de volgende gedachte niet onderdrukken: de VIPS die in tv-shows zogenaamd nieuwsachtergrond belichten of duiden zijn niet meer dan de bekendste dorpszuipers in het café. Soms echt slim en veel wetend maar meestal slechts voor onschuldig vermaak om onrust van niet-weten weg te nemen.
We kunnen niet alles weten, en een teveel aan info compenseren we met de dorpsgekken van Umberto Tan, PauweenWitteman en DeWereldDraaitDoor en ook waarschijnlijk passen we ons fysiek en psychologisch aan de nieuwe omstandigheden.